Oecumenische Basisgemeente Apeldoorn



"Het Goede"

6 mei 2018


Welkom

Inleiding in het thema

Het goede, wat is dat?
Hoe lastig is het soms om dat te bepalen.
Waar doe je goed aan?

Vandaag belichten we dit thema van diverse kanten.
“Goed is als je niet doet wat slecht is” zingen we straks, is dat genoeg of is het toch meer dan dat?
Gaat het om de intentie of om de daden?.
We leggen ook een aantal dilemma’s aan jullie voor...

Zingen: Vol van verwachting

En God zag dat het goed was

In den beginne schiep God de hemel en de aarde.
De aarde nu was woest en ledig en de duisternis was op de afgrond en de Geest Gods zweefde op de wateren.
En God zei: Daar zij licht en daar werd licht.
En God zag dat het licht goed was.
En God noemde het licht dag en de duisternis noemde Hij nacht.
Toen was het avond geweest en het was morgen geweest, de eerste dag.
In de dagen hierna ging God verder met zijn scheppingswerk en elke keer sprak Hij dat het goed was.
Tot Hij de mens schiep. Toen zei Hij dat het zeer goed was.

Tijdens de eerste voorbereidingsavond werd de vraag gesteld of we onszelf als goed zagen.
Vanuit dit bijbel verhaal is mijn antwoord: ja.
En dan heb ik het niet over de mijzelf die ik naar buiten toe ben maar over degene die ik in het diepst van mijn zielswezen ben, mijn levenskern die net als alle andere levenskernen goddelijk is.
Het levensprincipe is volgens mijn overtuiging goddelijk omdat God de bron van alle leven is.

De bijbel zegt elders: Laat ons mensen maken naar Ons Beeld en Onze Gelijkenis en Jezus roept ons op om volmaakt te zijn zoals onze Vader in de Hemel volmaakt is.
Nu, volmaakt zijn we allerminst net zo min als de natuur om ons heen en alles wat daarin leeft en het millieu volmaakt is.
De eerste mensen in het paradijs waren volmaakt, maar hadden ook een vrije wil en lieten zich verleiden om ongehoorzaam te zijn aan God. Daardoor kwam de zonde en het kwaad in de wereld.

Ik definieer de zonde als het niet beantwoorden aan Gods doel n.l. de volmaaktheid.
We kunnen als mens dader, mededader of slachtoffer zijn of beide.
In hoeverre we schuldig zijn hangt o.m. af van onze kennis van goed en kwaad en ons moreel besef.
Een gezonde geest, ziel en lichaam is belangrijk om de mate van schuld en medeverantwoordelijkheid te kunnen bepalen.
Vaak zijn er allerlei verzachtende omstandigheden.
Dit ontslaat ons echter niet van de plicht om te blijven streven naar het Goede, het volmaakte.
Ons mede verantwoordelijk te blijven voelen voor het herstel van de schepping zoals God die van oorsprong heeft gemaakt en bedoeld.
Dit hoeven we niet alleen te doen; we kunnen elkaar daarbij helpen en ondersteunen.
En bovenal mogen we Gods hulp vragen en als we vragen volgens zijn wil mogen we er ook op vertrouwen dat we zijn hulp verkrijgen bij het herstellen en genezen van onze planeet Aarde en allen die daarop leven.

Zingen: Goed is als je niet doet wat slecht is

Stellingenspel

Zingen: Ubi Caritas

Het Goede, wat is dat?

Als ik over het Goede nadenk, denk ik vanzelf ook aan het Kwade.
Want het een bestaat niet zonder het andere.
Zoals er ook geen licht kan bestaan als er geen duisternis bestaat.
Ook realiseer ik mij, dat Goed en Kwaad begrippen zijn, die alleen maar kunnen bestaan in het brein van een bewust wezen.
Stel dat er helemaal geen mensen of andere bewuste wezens bestonden, dat er op aarde alleen planten en dieren waren, maar geen mensen.
Zou er dan goed en kwaad zijn?
Nee, dan zou alles er gewoon zijn zoals het is, zonder dat er een oordeel over geveld werd.
De leeuw zou een reebokje verslinden, maar hij doet geen kwaad, volgt alleen zijn natuur.

Onwillekeurig dwalen mijn gedachten af naar het scheppingsverhaal, waarin staat dat de mens eet van de “Boom van Goed en Kwaad” en daarom uit het paradijs gejaagd wordt.
Het lijkt er dus op dat het besef van Goed en Kwaad het einde van een paradijselijk bestaan betekent.
Opeens is er sprake van een oordeel.
Opeens bestaat een begrip als “zonde”.

Of iets Goed is of Kwaad, dat is een oordeel dat wij kunnen vellen.
Of God, als die dat zou willen en kunnen.
In mijn jeugd werd ik gedresseerd om het Goede te doen, om niet te zondigen.
Dat betekende vooral dat ik mij aan de regels moest houden.
De regels van thuis, van de school, van de kerk, van de maatschappij.
Als ik me maar aan de regels hield, dan was ik goed, anders slecht.

Maar gaandeweg ontdekte ik dat het zo simpel niet lag.
Soms was er een regel, die naar mijn gevoel niet klopte.
Iets binnenin mij gaf aan dat die regel niet goed was.
Of, wat nog verwarrender was: ik merkte dat sommige mensen iets goed vonden wat andere mensen juist heel slecht vonden.

We hebben zojuist een aantal stellingen beoordeeld op “goed” of “fout”.
Soms was het heel duidelijk, dat iets “goed” of “fout” gevonden werd.
Maar soms waren de meningen heel verdeeld.
Wellicht omdat de stellingen nuancering behoefden?
Of omdat het echt zo kan zijn dat de één iets uit volle overtuiging goed vindt terwijl een ander hetzelfde uit volle overtuiging slecht vindt?
Kennelijk bepaalt je referentiekader dan of iets goed is of slecht.
En omdat wij verschillende referentiekaders hebben, kunnen we grondig van mening verschillen over wat goed is en wat niet.

In dat licht is het een hele prestatie dat de Verenigde Naties ooit zijn gekomen tot een Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.
Het is een soort Handvest van het Goede waar wij het met zijn allen voldoende over eens zijn.
Al zullen sommigen tegenwerpen dat het toch wel sterk doordrenkt is van de westerse normen en waarden.

Ik herinner me een kort verhaal over een vrome Jood, die zich afvraagt: hoe kan ik een goede Jood zijn? Ben ik een goede Jood als ik mij houd aan alle wetten en geboden? Nee, denkt hij, daar zit het hem niet in. Ik denk dat ik een goede Jood ben als ik op ieder kruispunt van mijn leven mij naar mijn diepste zelf luister en mij afvraag: “en wat is nu het goede om te doen?” en daarnaar te handelen.

Als ik mij aan de regels houd, ben ik dan goed? Nee, hoogstens braaf.
Wat goed is, daar hebben we toch op de een of andere manier een zintuig voor.
Intuïtief voel ik aan dat het Goede iets te maken moet hebben met Schoonheid, Zuiverheid, Rechtvaardigheid, Waarachtig Geluk.
Maar wat is het dan precies?

Ik heb een boekje met de mooie titel: “Wat zou Liefde doen?”.
Dat is de vraag die de goede Jood van zojuist zich zou kunnen stellen.
Op een kruispunt van mijn leven, op het moment dat ik een keuze moet maken: “Wat zou liefde doen?”.
Is het Goede niet wat in overeenstemming is met de Liefde?
Of met het goddelijke, want God is toch Liefde?
En wordt de keuze voor het kwade, of het minder goede, niet vaak door Angst ingegeven, omdat we de Liefde niet durven volgen?

Daarom is in mijn leven niet zozeer het Goede mijn kompas, alswel de Liefde.
Net als die goede Jood kan ik mijzelf op belangrijke beslismomenten de vraag stellen: “Wat zou Liefde nu doen?”

Zingen: Hoe is het voor mij?

Liefde dus...

Wat zou liefde doen, vroegen we ons zojuist af.
Ja, als het gaat over goedheid, kom je uiteindelijk wel bij liefde uit.
Maar ook bij liefde kan je, op dezelfde manier als bij goedheid, allerlei kanttekeningen plaatsen.
Want wat is dan liefde?
Ook die is er in soorten en maten.

We zochten naar een bijbelgedeelte hierover en kwamen natuurlijk uit bij die overbekende brief van Paulus aan de Korinthiërs: 1 Kor. 13.
Het is eigenlijk een vermaning aan die nog jonge gemeente.
Kennelijk was er onderling gedoe over van alles, zo van “wie is de beste?”.
Paulus zet even heel scherp neer waar het om gaat: je kan nog zoveel goede dingen doen, nog zoveel bijzondere gaven hebben, of zelfs je leven geven voor de goede zaak, maar... als je geen liefde hebt voor anderen betekent het niets.
Dan zijn al je woorden en daden zinloos.
En dan beschrijft hij wat liefde is:
* Liefde is: geduldig en vriendelijk zijn.
* Liefde is: niet jaloers zijn, niet vertellen hoe goed je bent, jezelf niet belangrijker vinden dan een ander.
* Liefde is: een ander niet beledigen, niet alleen aan jezelf denken, geen ruzie maken en geen wraak willen nemen.
* Liefde is: blij worden van het goede, en een hekel hebben aan het kwaad.
* Door de liefde verdraag je alles wat er met je gebeurt.
* Door de liefde blijf je geloven en vertrouwen.
* Door de liefde blijf je altijd volhouden.
Eigenlijk gaat het hier om de intentie waarmee je in het leven staat, het startpunt voor alles.
Het lijkt een simpele boodschap.
Maar tegelijk is het ook een vrijwel onmogelijke opgave.
Alles verdragen... of ons dat gaat lukken?

Toon Tellegen schreef op zijn eigen wijze een antwoord aan Paulus, namens de Korinthiërs..

…het zijn mooie woorden
Wij hebben ze aan alle kanten bekeken
We hebben ze ook aangekleed en laten dansen.
Ze konden er niets van.
Ze trapten op elkaars tenen, klemden zich aan elkaar vast
en vielen om.
We moesten ze ophijsen- ze konden zelf niet overeind komen.
We hebben ze in een luie stoel gezet.
ze slapen nu.
Ze snurken.
Als ze wakker worden zien we wel weer verder.
Áls ze wakker worden..

Wat ons rest zijn onrust, verlangen en onhandigheid,
die drie,
en van die drie onhandigheid het meest.
Het is duidelijk: we geloven het wel, we willen het wel, maar de praktijk is weerbarstig.
De vraag blijft nog steeds: Hoe doe je dat, de ander liefhebben als jezelf?
Zelfs als die ander je vijand is?
Hoe doe je dat in het klein, maar ook: hoe doe je dat in het groot?

Wat moeten we in deze complexe wereld met zoveel onrecht, armoede en geweld en zoveel mensonwaardig leven?
Wat moeten we daar beginnen met die boodschap van goedheid en liefde?
En hoe kies je het goede?
Omdat je de consequenties niet kan overzien weet je vaak zelfs niet eens of iets goed is of niet, het kan wel contraproductief zijn..
Hoe machteloos kan je je voelen?

Huub Oosterhuis schreef:
Deze wereld is verschrikkelijk..
God zwijgt zo diep in alle talen dat je denkt: hij bestaat niet.
Zo voelt het.
Er is maar één oplossing: dat je “En toch” zegt en “Hier ben ik” en om je heen kijkt of er nog iemand is die ook... - en dat je dan samen probeert te redden wat je redden kunt…

En dan volgt een nieuwe catechismus:

Ik versta onder liefde:
Die duizenden nuances van vriendelijkheid en vriendschap,
van tact en geduld,
van bedachtzame eerbied en mededogen,
van lange trouw en spontaniteit,
van hoofsheid en hartstocht,
van goede wil en ontroering,
waarmee mensen elkaar bejegenen.
Ik versta onder liefde de denkkracht en de intuïtie-kracht,
de wijsheid en de wetenschap,
en alle fantasie en de volharding en het optimisme waarmee de aarde wordt opgebouwd,
steeds opnieuw, tegen alle afbraak in.
Alles wat ten goede is, alles wat bijdraagt tot iets meer recht en vrede voor iets meer mensen, noem ik liefde.
...
Kijkend naar onze levens, zeg je misschien: Liefde?
Zou je niet wat bescheidener zijn?
De vergissingen, de taxatiefouten,
jezelf niet kennen,
de verdringing,
de langzaam oplopende schuld,
alles wat je niet kon geven, niet kon zeggen-
je had het niet geleerd en wilde niet weten dat je het moest leren.
Alles wat je op z’n vriendelijkst “het menselijk tekort” kan noemen, waarom ging het zoals het ging, gaat het zoals het gaat?
En toch dat woord “heb elkaar lief”.
Alle duisternissen van de geschiedenis hebben het niet overmeesterd.
Het is er nog, hoe zou dat bij God mogelijk zijn als het niet was vleesgeworden in mensen,
als het niet , onvoorstelbaar als alle lijden van de wereld bij elkaar, onvoorstelbaar als God, geleefd werd…

Zo blijven dus geloof, hoop en liefde, en van die drie de liefde het meest..

Zingen: Wat ik gewild heb

Collecte (Huis van Compassie Nijmegen)

Het “Huis van Compassie” is een laagdrempelige plek waar vele activiteiten plaatsvinden.
Centraal daarbij staat compassie met mensen in een maatschappelijk kwetsbare positie.
Compassie met bijvoorbeeld daklozen, ongedocumenteerde vreemdelingen, mensen die in armoede leven en mensen die sociaal geïsoleerd zijn of zorg behoeven.
Het Huis biedt ook plek aan diverse vrijwilligersgroepen die zich willen inzetten voor groepen die onze steun en solidariteit behoeven.
Daarbij sluit het Huis bij de wereldwijde beweging van het “Handvest voor Compassie”.

Tekst van Emmanuel Levinas: “De kleine goedheid”

Tussen alle verwording van menselijke verhoudingen houdt de goedheid stand.
Ze blijft mogelijk, ook al kan ze nooit een systeem of sociaal regime worden.
Elke poging om het menselijke helemaal te organiseren is tot mislukken gedoemd.
Het enige wat levendig overeind blijft is de kleine goedheid van het dagelijks leven.

Ze is fragiel en voorlopig.
Ze is een goedheid zonder getuigen, in stilte voltrokken, bescheiden, zonder triomf.
Ze is gratuit en juist daardoor eeuwig.

Het zijn gewone mensen, ‘simpele zielen’, die haar verdedigen en ervoor zorgen dat ze zich telkens weer herpakt,
ook als is ze volstrekt weerloos tegenover de machten van het kwaad.

De kleine goedheid kruipt overeind, zoals een platgetrapt grassprietjes zich weer opricht.
Ze is misschien wel ‘gek’ – een ‘dwaze goedheid’–, maar ze is tegelijk het meest menselijke in de mens,
Ze wint nooit, maar wordt ook nooit overwonnen!

Zingen: Zegenbede


Home

Indien u op de hoogte wil blijven van de activiteiten van onze oecumenische basisgemeente kunt u zich abonneren op onze digitale nieuwsbrief.
Stuurt u dan een e-mail naar: info@oecumenische-basisgemeente-apeldoorn.nl

Bijgewerkt:7 meii 2018