Oecumenische Basisgemeente Apeldoorn

Viering 6 december 2020

Verbinding met het heilige

Heiligheid is daar waar het leven ons bij de lurven grijpt en wij zichtbaar worden, zo vreemd en simpel als wij zijn.
Janneke Stegeman

 

Welkom en mededelingen

Advent

Pianospel, improvisatie op het lied “zomaar een dak boven wat hoofden”

Gemeenschap en heiligheid

Tijdens onze eerste bijeenkomst om over deze viering te praten vroegen we ons af: wat is dat heilige?
Yvonne tekende met pen alsmaar kringen op papier, in het midden bleef het leeg! Is dat het heilige, iets waar je niet bij kunt, iets wat je niet kunt benoemen?
Daan tekende een punt, in die punt is geen ruimte, dat zou ook het heilige kunnen zijn.
Ik wist het niet, zou er eerst iets over moeten lezen. Misschien heeft het ook iets met je ziel te maken, maar wat is dat dan weer.

Jan Kees had het in de vorige viering (verbinding met het verleden) over hoe belangrijk tradities in oude bijbelverhalenzijn. Hoe ze inspiratie en steun boden en dat kunnen ze ook in deze tijd nog doen. Al dan niet voorzien van een eigentijdse uitleg!

Dan krijg ik een preek van Janneke Stegeman (in 2016 theoloog des vaderlands) onder ogen en die gaat over de uittocht in het Bijbelboek Exodus. Er wordt uitgebreid verhaalt hoe er een ontmoetingstent , een tabernakel, wordt gebouwd, het is fascinerend om te lezen hoe allen hun steentje bijdragen en hoeveel werk ervan wordt gemaakt. Het is niet te doen om een tekst uit Exoduste halen en die te gebruiken in deze vieringwant het is een omvangrijk stuk wat alle regels beschrijft waaraan zo’n ontmoetingstent dient te voldoen. Het belangrijkste is dat de hele gemeenschap actief bijdraagt aan de totstandkoming van deze heilige plaats!
Die tabernakel staat in het midden van de gemeenschap en is een heilige plaats. In die zorgvuldig gemaakte ontmoetingstent is een plek waar de verbondenheid met de gemeenschap voelbaar is. Daar midden in die tabernakel is een heilige plek, het heilige der heilige waar zelfs Mozes niet naar binnen mag zodra de Eeuwige daar is.
De Eeuwige is een wolk die soms verblijft in de tent en dat heilige midden vult. Een midden dus dat niemand op kan eisen. Een heilig midden dat niet rotsvast staat, maar mobiel is en meetrekt met het volk.
Ik stel me dat zo voor, elke keer moet die hele tent afgebroken worden en meegesjouwd door de woestijn, hoeveel werk is dat niet!!

Wat hebben wij het dan gemakkelijk, hier in de doopsgezinde kerk, een plek waar we welkom zijn, een plek om op adem te komen een plek waar je kunt zijn in verbinding met anderen. Maar ook wij moeten ons actief opstellen om die heilige plaats levend te houdenom zo, als gemeenschap, de verbinding met het heilige in stand te houden.

Het laatste woord is aan Janneke Stegeman omdat zij zo mooi verwoordt wat ik niet kan.
Het heilige is niet waar alles goed is, glad en in orde. Dat geldt ook voor heiligheid in gemeenschap. Het heilige ontstaat waar alles er mag zijn en iedereen er mag zijn. We zijn aan elkaar gegeven, om elkaar te bevestigen, dat het goed is, dat we een thuis hebben, en om elkaar liefdevol te onderbreken, een vraag te stellen, in beweging te houden.
Heilig wie durven te zoeken, loslaten en vinden,.
Heilig zijn de onruststokers, degene die lastige vragen stellen.
Heilig wie ware woorden spreken – ook al zit niemand daarop te wachten
Heilig wie boos worden met een warm hart
Heilig mensen op de vlucht die een veilig heenkomen zoeken

Het heilige is waar we geraakt worden, boos worden, huilen, sprakeloos zijn, dansen, liefhebben, tot leven komen, gemeenschap zijn.

Lied

Wat vrolijk over U geschreven staat:
dat Gij zijt de gloed van al wat leeft,
de ziel die vonkt of als een brand uitslaat,
de adembron die ons te drinken geeft.

Wat vurig staat geschreven: dat Gij komt
redden wat verloren is, dat woord,
dat Gij het hart hebt, ogen, dat Gij hoort,
“Ik zal er zijn”, zonsopgang, nieuw begin.

Dat hoge woord, geschreven wit op zwart,
trouw van trouw, hoe heeft het ons bevrijd,
beschaamd, vervoerd, getroost, dan weer getart.
Hoe dorsten wij te weten wie Gij zijt.

 

Op zoek naar het heilige

Heiligheid, hoe ziet dat er uit in deze tijd? Daarover piekerend schoot me opeens een aflevering van ‘SecretMillionaire’ te binnen, een paar jaar terug op tv. Iedere keer werd een miljonair gevolgd, die een week ‘undercover’ leefde, op een plaats waar hij of zij niet bekend was en men dus ook niet wist van haar of zijn rijkdom. In die week gaat de miljonairdan op zoek naar een goed doel om een grote donatie aan te kunnen doen. Deze miljonair sloot zich aan bij een man die een gaarkeuken runde. Iedere dag deelden ze samen eten uit aan dakloze mensen. Op een van die dagen zag de man van de gaarkeuken in de rij wachtenden een oude man, die op volkomen stukgelopen sandalen liep, terwijl de winter was begonnen. Voor even liet hij de miljonair de bordjes eten scheppen uit de grote pan, en liep naar de man. “Volgens mij hebbenwe ongeveer dezelfde schoenmaat, denkt u ook niet?” vroeg hij. “Ik heb maat 42”, zei de oude man, een beetje verbaasd. Toen bukte de man van de gaarkeuken zich, maakte de veters van zijn nieuwe Nike-gympen los, trok ze uit en hield ze de oude man voor. “Mooi, dan zijn deze voor u,” zei hij, “ik loop toch niet lekker op van die nieuwe schoenen!”
Zou dat dan ‘heiligheid’ zijn: het belang van een ander boven je eigen belang stellen,delen,afstaan wat een ander meer nodig heeft dan jij?Niet perse iets groots, gewoon wat op dat moment nodig en mogelijk is? Wie weet, ‘heilig’ komt tenslotte van ‘heel’, en delen en helen hebben denk ik wel veel gemeen.
Maar toch, wat is heiligheid dan precies? Doorgaans verbinden we het met kerk en religie.En dan gaat het over zaken die ver van ons gewone, dagelijkse leven afstaan. Een sacrament als de doop is heilig; alleen bijzondere, gewijde mensen mogen die dan ook toedienen. En die moeten zelf dus ook een soort heiligheid uitstralen. Zo werd heiligheid steeds onaanraakbaarder en onaantastbaarder. Heiligen zijn mensen die zo van God vervuld zijn dat ze door hun voortreffelijkheid ver verheven zijn boven het alledaagse leven.Ze zijn per definitie moreel onberispelijk. Dus is het heilige niet alleen onbereikbaar en onaantastbaar, maar ook vlekkeloos. Alleen dan kan een wonder gebeuren. Zoals bij Maria, die zwanger raakt door de Heilige Geest en zo de moeder wordt van God. Ik kan me niet voorstellen dat zo’n wonder zou kunnen gebeuren in mijn doodgewone dagelijkse leven. Zo te zien hoort het heiligenou eenmaal bij die bovenaardse sfeer waar wij doorsnee mensen nooit aan kunnentippen.
Maar gelukkig kan je ook op een heel andere manier naar heiligheid kijken.Op de manier van een paar nieuwe schoenen. We zijn denk ik allemaal wel oud genoeg om al eens de geboorte van een kindvan dichtbij te hebben meegemaakt.Is dat niet bij uitstek een heilig moment?En als je het allerlaatste stukje levensweg met een medemens mag oplopen, hoe raakt je dat niet?Ik moet denken aan patiënten die ik destijds heb gevolgd van het ziekenhuis naar het hospice aan de Polkastraat. Dat waren vaak moeilijke, maar tegelijk prachtige ervaringen, die stuk voor stuk in mijn geheugen staan gegrift. Ervaringen die je confronteren met de grenzen van het leven. Alle dagelijkse beslommeringen vallen weg, en maken soms ruimte voor prachtige momenten op dat laatste eindje levensweg. En uiteindelijk verdicht het leven zich dan tot zijn wezenskern. Wie er net niet was, is er nu wel. Wie er net nog was, is er niet meer, glipt je door de vingers als droog zand: fffft, weg.
Als in de trein, van de avondschool of het werk op weg naar huis, weereens iemand me zijn hele levensverhaal vertelde en daarna uitstapte, bleef ik steevast achter met het gevoel een heilig moment te hebben meegemaakt. En geldt hetzelfde niet in verhevigde mate voor de liefde? Je wordt opnieuw geboren in de ziel van een ander.In de doeken gewikkeld van een nieuwe liefde. Was je er dan eerst niet, of niet helemaal? Natuurlijk wel, maar tochzal je nooit meer dezelfde zijn.Je wordt heler aan en door die ene, unieke ander. Wie er eerder niet was, is er nu in verhevigde mate. Je barst als het ware open totmeer dan je voordien was. Je bent op je bestemming aangekomen, je valt samen. Waarbij dat samen wezenlijk meer is dan de som der delen.
Grenservaringen die zich afspelen in het gewone leven. Hebben die met heiligheid te maken?Op 4 mei herdenken we met z’n allen de doden uit de Tweede Wereldoorlog.Is dat dan ook zo’n heilig moment: de confrontatie met de laatste vragen omtrent trouw, verraad, offer en overtuiging?En hoe zit dat met Allerzielen, net een maand geleden? Je doden gedenken, dat zijn heilige momenten,denk ik,net zozeer in het alledaagse leven als in het kerkelijke. Heiligheid heeft dan misschien minder met religieuze riten te maken, maar des te meer met het besef dat je oog in oog staat met levenskrachten. Levenskrachten die je kunnen verheffen en kunnen verscheuren, die je kunnen bevestigen en ontwortelen.
Overweldigend en schrikwekkend kunnen die natuurkrachten op zo’n moment zijn. Daarom vermoeden en voelen wij juist dan de aanwezigheid van de Eeuwige, Alomtegenwoordige, Ongeziene Nabije. Dan begint het zoeken naar woorden om Haar aan te spreken. Al was het alleen maar om, soms schijnbaar tegen beter weten in, steun te zoeken, en ons vertrouwen te versterken dat we in die ontwortelende krachten niet zullen verdrinken. Dat we veilig de andere oever zullen bereiken. Dat we, ondanks alles, ons lot kunnen dragen. Omdat we ons uiteindelijk gedragen weten door het Leven zelf. Op zo’n moment schieten de gebruikelijke woorden al gauw tekort. Dan moet je jezelf weer taal toe-eigenen om uit te spreken wat je voelt, wat je overkomt. Gravend in de traditie, experimenterend, speurend naar sporen van die Ander kwam ik tot:

Ik ben Ik Ben
Het Zijnde is
Het Openbarende is het Openbarende
Verder niets

De eeuwige Krachtbron stroomt
De eeuwige Aanraking ziet uit
De eeuwige Roepstem klinkt:
Wees er

Vanaf daar begint het stamelen, en zoek ik mijn toevlucht bij de dichter, en kan ik alleen nog zingen over de toekomst:
“ik kan alleen ‘wees er’ roepen, niet meer / Maar daarmee houdt het groeten aan, zozeer / Dat ik wel moet geloven dat jij luistert / Zoals ik, omgekeerd, jouw ‘wees er’ in mij hoor”.

Zang

De Eeuwige, Alomtegenwoordige, Ongeziene, Dichtbije, Hem/Haar zij onze lof en dank. In de blik van de ander, in een gebaar van liefde, in de vreugde over het leven, in troost die warmt, verschijnt . . . . . De Eeuwige,Alomtegenwoordige . . . . . . .

Heilig? Hoe dan, waar dan ?

Eigenlijk is het woord ‘heilig’ best een spànnend woord. Het is geen woord van alledag, maar er zit heel veel in.Herma en Daan benaderden het al op hun manier.
Voor mij raakt ‘heilig’ aan een gevoel van eerbied. En aan ‘geraakt worden’. Voor iets heiligs kan ik stil vallen, innerlijk buigen.
Heilig is ook een waardevol woord. Vol wààrde. Iets kan heilig zijn, van zóveel waarde, dat je er eigenlijk van àf zou moeten blijven.
Er zit zoveel in … Het is al genoemd: het woord ‘heilig’ heeft onder andere een connectie met de woorden ‘helend’, ‘heilzaam’ en ‘heel’ , het niet- gebrokene. Zonder dàt wat heilig is, is ons leven niet heel. Je zóu kunnen zeggen dat het heilige van levensbelang is. En deze gebroken wereld kan wel wat ‘helends’ gebruiken..
Waar vinden we vandaag de dag die héiligheid, die onze maatschappij zo nodig heeft? Waar vinden we dat in ons eigen leven?
Het heeft alles te maken met ons verlangen naarwat de weerbarstige werkelijkheid overstijgt, naar iets wat die werkelijkheid ‘heel’ maakt.
Het zet ons aan om muziek te beleven, de natuur in te trekken, stilte te zoeken, vriendschap te koesteren, inspirerende boeken of gedichten te lezen, of … om een viering te bezoeken, een kerk of een kapel.
Het heilige kan daarontstaan waar mensen geraakt worden en –soms tegen de klippen op- gaan stààn voor waarden, die hen heilig zijn.
Mensen, plekken, gebeurtenissen, ervaringen. Maar uiteindelijk is dàt niet wat iets heilig voor ons maakt. Helend, heilig wordt iets pas door wat je er zelf aan ervaart, doordat je een glimp opvangt van iets wat het alledaagse overstijgt. Waar je even opgetild wordt uit het dagelijkse leven.
Het raakt aan een kant in onszelf, die niet altijd bovenop ligt, het ligt ergens op de bodem van onze ziel. En tegelijkertijd tilt het ons boven onszelf uit. Is het groter dan onszelf.
Er zijn nogal wat manieren om onze verbinding met het heilige te ervaren. We noemden er al een aantal. En het is best lastig om dat goed onder woorden te brengen …. Het hóeft ook niet altijd met woorden!
Muziek beluisteren (of spelen) b.v. dat kun je zó intens beleven,…. Het kan voor veel mensen een heilige, helende ervaring zijn, religieuze muziek, gregoriaans, Bach, maar ook andere muziek, b.v. van ArvoPärt, of Simeon ten Holt.
Zo schreef Martin Toonder, een muziekwetenschapper, in het blad Volzin ooit: muziek zèlfheeft geen betekenis, ze is wel heel betekenisvol. In het speelveld van muziek en religie ontdekken mensen dat ze in een groter geheel staan. Muziek kan iets aanreiken wat nauwelijks in woorden is te pakken. Ze creëert een ruimte, waarin het heilige zich aan ons toont. Muziek lijkt daarin op religie, ze kan een vorm bieden aan dat wat onzegbaar is.”
Mooier dan hij kan ik het niet zeggen.

Muziek die dat bij mij oproept is b.v.de Maria Hymne, gezongen door de monniken van Chevetogne,
CD: ‘Rencontre’. Nr 23

Wat mooi toch. Soms helpt het als je de woorden niet kunt verstaan. Dat je de muziek alleen kunt beleven.
Muziek kan ontroeren, maar er zijn ook tèksten die me stil laten vallen. Vaak is dat poëzie. Poëzie kan woorden geven aan dat wat onbegrepen blijft.
Het zorgvuldige, het verbeeldende van aanstekelijke poëzie, kan haar geschikt maken om het mysterie van het heilige, waar we steeds weer verbinding mee zoeken, te verwoorden.

Anton Ent omschreef het zo:

Het geheimenis blijft een geheim.
Een blauw waas boven het korenveld
De stilte voor het vallen van een speld
Het overstijgt het horen en het zien
Het overtreft het weten en geloven
En overschrijdt de grenzen van misschien
Het gloeit in de diepten van het kennen
En bloeit in tuinen van de ziel
Die elke zekerheid ontkennen.
Een subtiele verwijzing naar het heilige. Zoals muziek, en natuur, en stilte.En de ontmoeting met mensen. Dan kún je denken; “maar dat is toch allemaal om ons heen!” Maar kun je zo’n ervaring niet afdwingen: op het moment dat je er naar zou zoeken, kan het je zomaar ontglippen.
Uiteindelijk verwijzen al deze uitdrukkingsvormen dus naar het grote geheim áchter die ervaring. Ze kunnen wèl helpen bij het zoeken naar mijn eigen diepte, mijn innerlijke ruimte, waar ik iets van het heilige van het leven kan ervaren.

Maar wel met de voeten op de grond, zoals Elisabeth (Barret) Browning het verwoordde:
“De aarde zit boordevol hemel
en elke struik, hoe gewoon ook,
staat in lichterlaaie van God.
Maar enkel hij die het ziet
doet zijn schoenen uit …
De rest zit er omheen en plukt bramen.’
Met de voeten op de grond dus, dan is het heilige dichtbij. Zo apart is het heilige uiteindelijk dus niet. Het ligt in àlles verborgen.
Verborgen, dàt wel.

In het prachtige boekje van Antoine de St. Exupérie wéét de Kleine Prins dat ook. Die zegt immers::

Dit is mijn geheim,
Het is heel eenvoudig:
alleen met je hart kun je goed zien.
Het wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar.

Voor de ogen is het wezenlijke onzichtbaar,
Herhaalde de kleine prins om het goed te onthouden.

Zegen

Ik wens je ogen toe die de kleine dingen van de gewone dag zien en in het licht zetten.
Ik wens je oren toe die de nuances en de ondertonen in het gesprek met anderen opnemen;
ik wens je handen toe die niet lang overleggen of ze zullen helpen en goed zullen zijn,
Licht dringt door het venster van de ziel in ons binnenste en straalt terug in onze omgeving onderweg met medemensen.
Je moet als een venster zijn, waardoor Gods liefde in de wereld schijnt.